Onterecht ontslag van medewerkster die bang was voor corona

Schade 34.000 euro

Een Zuid-Hollands transportbedrijf heeft een medewerkster die bang was voor corona op de werkvloer ten onrechte ontslagen. De werkgever ging meteen met de vrouw op ramkoers liggen, en moet daarom nu ruim 34.000 euro betalen.

De vrouw werkte al negen jaar voor transport- en distributiebedrijf De Rijke Continental in Spijkenisse. Eind juni ontstond er een discussie naar aanleiding van een collega, die hersteld was van corona en weer op de werkvloer zou verschijnen.

 

Werkweigering

De werkneemster maakte zich zorgen over de mogelijke gevolgen voor haar gezondheid, en vroeg of het mogelijk was om wat langer thuis te werken op dagen dat de collega die ziek was geweest op kantoor was. Dat weigerde de werkgever, die stelde dat er volgens de richtlijnen van het RIVM geen risico's waren en de collega niet meer besmettelijk was.

 

Een dag later gaf de vrouw aan dat zij die avond paniekaanvallen had gehad, en toch liever thuis wilde blijven werken. Nog diezelfde dag werd zij geschorst wegens werkweigering. De medewerkster protesteerde daartegen, waarbij zij erop wees dat zij tot een risicogroep behoorde en samen had willen zoeken naar een oplossing.

 

Ontslagprocedure

Dat mocht niet baten. Na een gesprek tussen de partijen liet De Rijke weten de vrouw te willen ontslaan. Een daaropvolgend traject met een bemiddelaar mislukte, omdat de werkneemster vermoedde dat de mediator niet objectief was. Daarop stapte het bedrijf naar de rechter, om de arbeidsovereenkomst te laten ontbinden.

 

In een gisteren openbaar geworden uitspraak maakt de Rotterdamse kantonrechter echter gehakt van de opstelling van de werkgever.

 

Volgens de rechter was geen sprake van werkweigering, en ging De Rijke ten onrechte meteen op ramkoers liggen. De reactie van het bedrijf was 'disproportioneel en te vergaand', aldus de uitspraak. "De Rijke heeft de situatie nodeloos laten escaleren door zo snel te grijpen naar de zeer ingrijpende maatregel van schorsing."

 

Ontslagvergoedingen

Omdat ook de vrouw niet meer in dienst wil blijven, staat de kantonrechter de ontbinding toe. Wegens het 'ernstig verwijtbaar handelen' van de werkgever, hangt daaraan voor De Rijke wel een pittig prijskaartje.

 

Het bedrijf moet de vrouw een trits aan vergoedingen betalen. In de eerste plaats een reguliere ontslagpremie van ruim 5400 euro. Daarnaast een schadevergoeding voor onterecht ontslag van 6500 euro. Ten slotte nog bijna 4000 euro aan ouderschapsverlof- en pensioenvergoedingen.

 

Schade 34.000 euro

Omdat de arbeidsovereenkomst pas in april mag worden ontbonden, draait De Rijke ook op voor negen maanden loondoorbetaling sinds de schorsing. Dat komt bij een driedaagse werkweek neer op ruim 14.000 euro. Ook moet het bedrijf de advocaatkosten van ruim 4000 euro vergoeden. Daarmee bedraagt de schade voor het bedrijf in totaal zo'n 34.000 euro.

 

Het is niet bekend of de werkgever of de werkneemster - die een hogere schadevergoeding had geëist - tegen de uitspraak in hoger beroep gaan. Zowel het bedrijf als de advocaat van de werkneemster konden vandaag nog geen commentaar geven.